BUDEL – Het Budelse schrijversduo Junt sleepte zondag in Lith met het verhaal ‘Zuster Magdalene’ de door dialectschrijvers felbegeerde Willem Ivenprijs in de wacht. De prijs bestaat uit een kleurrijk beeld van een haan.
Door Roy de Leijer
Het fictieve personage Junt zag in het midden van de jaren zeventig van de vorige eeuw het levenslicht tijdens de Budelse Zittingen. Vanaf 1998 gaf de maatschappijkritische creatie van de Budelnaren Johan Mathijssen en Diel Feijen maandelijks in weekblad De Grenskoerier op humoristische en ludieke wijze commentaar op lokale actuele gebeurtenissen. Met drie voorstellingen in Lexke Theatercafé en de laatste column in de reeks ’t is Ongepermeteerd kwam er in het najaar van 2019 een einde aan het maatschappijkritische typetje. Tenminste zo leek het voor het grote publiek.
Voor een fotosessie hees Feijen zich onlangs nog één keer in de kleren van Junt. Maar daar blijft het voorlopig bij, aldus de Budelse: “Vanaf 1975 ben ik de huid van Junt gekropen. Het voordeel is wel dat de grimeur met de jaren steeds eerder klaar was.”
Wel blijft Feijen voordragen uit het werk van Junt. Ook doen carnavalsverenigingen voor hun optochtslogans nog regelmatig een beroep haar kennis van het Budelse dialect. En helemaal uitgeschreven is het duo niet. Zo werd er onlangs weer een verhaal aangeleverd voor het Brabants boekske 2022. Voor Diel Feijen en Johan Mathijssen kwam de winst bij de schrijfwedstrijd als een complete verrassing. “Wij doen al jaren mee, maar we hadden nog nooit gewonnen. Ook dit keer werden we uitgenodigd om een verhaal van maximaal 800 woorden te schrijven. Het zijn de verhalen zoals Junt ze heeft gehoord of meegemaakt. Het thema dit jaar was verliefdheid, net als bij de Boekenweek.”
De Willem Ivenprijs wordt ieder jaar toegekend en uitgereikt voor het beste Brabantse dialectverhaal of -gedicht. Afgelopen zondag gebeurde dit in Lith voor de zeventiende keer. Zo’n vijftig dialectauteurs en -dichters namen deel aan de schrijfwedstrijd. Tegelijkertijd met de uitreiking van de felbegeerde ‘Iven-haan’ werd ook de nieuwste editie van het Brabants boekske gepresenteerd. De zeventiende editie heeft als titel ‘Vlinders in d’n buik’. De verhalen en gedichten in de bundel zijn geschreven zijn in het dialect van de woonplaats of geboortestreek van de auteurs. Daarnaast is er altijd een verhaal uit de nalatenschap van natuurliefhebber, publicist en verhalenverteller Willem Iven in het boekje opgenomen.
In het winnende dialectverhaal ‘Zuster Magdalena’ vertelt Junt over de eerste liefde van Fientje. Ze wordt smoorverliefd op Willem. Maar de liefde wordt niet beantwoord. Willem gaat het klooster in. Hij schopt het tot abt bij het trappistenklooster in Zundert. Fien kiest voor een bestaan als missiezuster. Als ze jaren later teruggekeerd naar Zuidoost-Brabant blijkt Willem te zijn overleden. Ze bezoekt nog eenmaal zijn graf.
Het verhaal is via de beproefde werkwijze van Mathijssen en Feijen tot stand gekomen. De teksten worden voor het merendeel door Mathijssen in de grondverf gezet, waarna Feijen de stukjes aflakt.
Mensen die Junt alleen kennen van haar scherpe pen in De Grenskoerier moeten misschien even wennen aan de verhalen. Feijen: “Ze zijn namelijk totaal anders dan onze columns. Die zijn actueel en er zit veel humor in. Onze verhalen zijn serieuzer van aard en soms best aangrijpend.” Mathijssen: “Ze zijn is ook niet bedoeld om te lachen.”
Het schrijversduo is trots op het in de wacht slepen van de Willem Ivenprijs. Dat geldt ook voor hun nalatenschap in boekjes en bundels. Mathijssen: “Ons schrijfwerk leeft hierin voor. Wat dat betreft laten we voor Budel een mooi document na.”
Het Brabants boekske 2022 (ISBN 978 90 705 45 475) is een uitgave van de Stichting Brabants en is in de boekhandel te koop voor 14,95 euro.
FOTO: Johan Mathijssen en Diel Feijen met de ‘Ivens-haan’ en het Brabants boekske 2022. Foto Jos Meusen