REGIO – Hej, een Groentje of nee het is toch een Blauwtje. Deze dagvlinder is inderdaad het Groentje, duidelijk zichtbaar aan zijn kleur. Je vindt ze nu bij overgangen tussen bosjes en heide. Mannetjes zwermen graag rond kleine berkenboompjes om zo hun territorium af te bakenen en een vrouwtje te versieren. Je ziet ze meestal zitten met de groene vleugels dichtgevouwen. De bovenkant van de vleugels zijn bruin. Bij oudere vlinders wordt de onderzijde van de vleugels ook meer bruin. Ondanks zijn naam hoort het Groentje tot de familie van de Blauwtjes. Bekende Blauwtjes zijn het Boomblauwtje, Icarusblauwtje, Heideblauwtje en het Gentiaanblauwtje. De eerste twee zijn vrij algemeen, de laatste twee komen op de, vooral vochtige, heide voor en zijn zeldzamer. De rupsen van verschillende Blauwtjes hebben klieren die stoffen afscheiden waar mieren op af komen. De rups van het Gentiaanblauwtje scheidt een stof af die de mier oplikt, waarna de rups wordt meegenomen naar het nest. Daar wordt hij behandeld als een eigen larve. Ook bij het Groentje en Heideblauwtje spelen mieren een vergelijkbare rol. Bij het Groentje is de pop geliefd bij mieren mogelijk vanwege het piepende geluid dat hij kan maken. Bij het ontpoppen in het volgende jaar moeten de vlinders zorgen dat ze het mierennest snel verlaten.

Info: Wiel Zentjens w.zentjens@chello.nl