Er zijn zo’n mooie fietsroutes in de omgeving!

St.-Huibrechts-Lille – Het is flink zomer. Voor de meeste mensen een periode van uitrusten, er op uit trekken en nieuwe dingen ontdekken. Zo ook in St.-Huibrechts-Lille. Op het Kampeerautoterrein De Bosuil staat een aantal mobilhomes geparkeerd. De eigenaren vertellen waarom ze bij De Bosuil een plekje hebben veroverd.

Tekst en beeld Evert Meijs

Het is een doordeweekse dag. Boven de deur van de kapel aan de Bosuilstraat staat in fraaie letters ‘+Sancta Maria Ora pro nobis+’ en binnen branden twee kaarsen bij het Mariabeeld. Naast de kapel bevindt zich de camperplaats voor vakantiegasten. De toegangspoort van het ontspanningsoord staat wijd open en ’n vijftiental campers staat links en rechts keurig opgesteld. Niks is mooier dan een rondje te maken langs de gasten, die vaak in een stoel zitten, bij de ingang van hun woonwagen. 

“Wij staan hier voor de eerste keer. Vrienden van ons raadden ons aan om hier naar toe te gaan.” zo vertelt de buurman. Hij zit met zijn partner bij de deur van hun mobilhome. Maar ook hun huisdier is er bij en zit in een kooitje: parkiet Ripsie. “We zijn hier omdat het rustig is en gezellig. Niet te druk en niet te ver, want wij komen van Heers, tussen Tongeren en St.-Truiden.” De parkiet laat zich af en toe horen. “Hij is zeker tien tot twaalf jaar oud, hè. We kunnen hem toch moeilijk alleen laten.” De dame legt uit dat ze de omgeving zullen gaan bekijken. “Wat zijn de mensen hier vriendelijk.  Er zijn plaatsen, daar krijg je geen praat, hè. In Duitsland aan de Moezel heb je ook vaak praat, maar bij anderen niet. Raar hè. Het zijn allemaal Duitsers.”, aldus de man, die zegt kapper te zijn geweest bij de Luchtmacht in Saffraanberg. Het is aan zijn mooie baardje en snor nog te zien. “Dus ik babbelde den helen dag.”, zegt hij met een lach, “En zij was er bij de politie.” Het echtpaar kent elkaar al vanaf dat ze zijn binnengekomen in het leger, in Koksijde. Na een gesprek over de tijd dat je met je mobilhome nog kon gaan staan waar je wilde, kijkt een andere vakantieganger ietwat nieuwsgierig wat er gebeurt.

Fietsen, spelen, frites en drinken

Het blijkt een koppel uit Neeroeteren, en is hier gekomen omdat beiden houden van fietsen in de bossen. Via de app Campercontact hebben ze dit adres opgezocht. “We wilden vorig jaar fietsen door de bomen, en vonden toen deze dichtstbijzijnde camperplaats. Deze zomer is het de bedoeling om met de kleinzoon naar hier te komen vanwege de speeltuin.” De kleinzoon loopt ergens rond en vermaakt zich volgens de grootouders prima. Na twee nachten gaan ze weer terug. Ook het hondje is van de partij, een Shih Tzu. “Die hoort er bij, anders vertrekken we niet.” De man vertelt over reizen naar de Moezel die ze gedaan hebben. “Maar als iedereen weer naar school is, gaan wij weer reizen.” Ook de buren zijn grootouders en hebben een kleinkind bij zich: Nine. “Hier is het ideaal voor onze kleinkinderen. Plus ze kunnen hier fietsen en vrij spelen, iets drinken, een ijsje eten; het is een paradijs voor die mannen. En we kunnen naar het friteskot van Patatty voor iets te eten.” Vrienden uit Neerpelt met een camper hebben het paar uit Ham getipt over dit kampeerautoterrein.” De ruwharige jack russel komt even snuffelen en de gastheer zegt: “Deze keer mag onze kleindochter mee, de volgende keer is er weer een ander kleinkind aan de beurt.” 

De overbuurman is minder-content. Hij schuift een cassette in de camper en zegt, terwijl de straaljagers over scheren: “Ik kom hier al meer dan twaalf jaar. Toen was er alleen wat stroom en water en was het veel mooier dan nou. De plaatsen zijn veel te smal. Deze plaatsen zijn niet door een camper uitgezet, want dan waren ze breder geweest. Ik vind het helemaal niks.” De man komt uit Weert en komt tóch naar hier, om te kunnen fietsen. 

Kort bij de poort zitten Annie en Luc. Hun namen hangen aan de deur van hun camper. “Wij komen van Kruibeke.”, zo begint Luc. Het echtpaar komt al jaren in St.-Huibrechts-Lille, maar deze keer was het eigenlijk niet de bedoeling. Luc: “Ik heb een motoped die was ontploft. Dat wil zeggen: één van de bandjes. In Anzegem gebeurde dat.” Hij komt uit zijn stoel en maakt een zijdeurtje open. Daar staat het brommertje van het type Tante Paula. Hij pakt het kapotte bandje en laat de schade zien. “Een nieuw bandje voor Tante Paula moet uit Hamburg komen, via Nederland naar Maaseik.” In de winter maakte Luc de twee naambordjes. “Ik plakte ze op de zetel. We zitten in Sint-Katelijne-Waver buiten en iedereen roept onze naam. Toen hebben we de namen verwijderd en op de deur gehangen.” 

Op de vraag waarom ze voor De Bosuil hebben gekozen zegt Annie: “Ge kunt hier schoon wandelen tot in ’t dorpje, en we hebben hier veel vrienden zitten.” Luc: “Ik ben een sociale mens, ik ben een bakkerszoon namelijk. Ik zat altijd onder de mensen, hè.” Luc (65) vertelt dat hij zijn vrouw verliest als ze 41 jaar is. “En háár man is gestorven toen hij 49 was. Onze echtgenoten liggen allebei naast elkaar begraven, en zo hebben we elkaar op het kerkhof leren kennen. Nu zijn we al negentien jaar samen.” Annie en Luc hebben medicatie bij zich voor twaalf weken en hopen nog naar Luxemburg te gaan deze vakantie.

Koos en José Jansen  komen uit Veghel. José komt in de deuropening staan en Koos komt aan met een vlaai. “We hebben over deze plek gehoord toen we aan het kamperen waren. Daardoor zijn we met de kleinkindjes ook naar hier gekomen, vanwege die super-speeltuin. En we kunnen ook mooi langs het kanaal fietsen. Er zijn zo’n mooie fietsroutes in de omgeving. Normaal zijn we een half jaar van huis.” Dan gaat het gesprek over hun zoon, die ernstig ziek is. “We blijven daardoor in de buurt, zodat we snel terug naar huis kunnen als het nodig is. We hebben veel zorgen.”, aldus José.