Op de foto zie je de eitjes van de vlinder van de heideringelrups. Opvallend dat de naam naar de rups is vernoemd en niet bijvoorbeeld Heideringelvlinder. De naam zegt wel het een en ander over de levenswijze. Ten eerste dat je zowel de eitjes, rupsen en vlinders op de heide kunt aantreffen. Er zitten wel zo’n 200 eitjes op deze stengel van het pijpenstrootje. Veelal worden de eitjes echter op takjes van de struikheide afgezet. Je ziet ook dat de eitjes in ringen om de stengel zijn gedrapeerd, ook dat komt terug in de naamgeving. Veel eitjes betekent ook veel rupsjes en dat is niet ongewoon bij vlinders. Heel veel rupsen vallen ten prooi aan vogels die er graag hun jongen mee voeden. En hopelijk groeien er dan toch een aantal rupsen uit tot volgroeide rupsen die verpoppen en nieuwe vlinders voortbrengen. Eitjes van vlinders zie je niet zo vaak en ook niet lang omdat er vaak al snel rupsjes uitkomen die ook nog eens de schil van de eitjes opeten. Niet bij de eitjes van de heideringelrups. Deze worden in juli al afgezet, overwinteren vervolgens en eerst in april komen er rupsjes uit. Ook dan zie je de eitjes nog hangen. Wel met kleine gaatjes erin. Dus ook in de winter opletten tijdens heidewandelingen. En misschien zie je dan wel deze eitjes.
Informatie: w.zentiens w.zentjens@chello.nl
