Salie

Vorige week was mijn vriendin uit Veurne bij mij op bezoek. We hadden elkaar sinds 2003 niet meer gezien noch gesproken. Ze woont ook helemaal in Veurne. Dat is bijna 3 uur met de trein naar Antwerpen en daarna nog van Antwerpen naar Hamont. Wel lang en ver maar fijn dat het kan. We vonden onszelf evenredig verouderd. Ik had haar eerst gebeld. “Lééft gij nog!?”, had ze in haar Vlaams ontsteld uitgekreten. Ze had natuurlijk verwacht dat ik al lang de pijp uit was met mijn ongezonde leefwijze. In haar ogen dan, want ze is een gezondheidsfreak. Alles met de fiets, yoga en ayor veda levenswijze, veel fruit en groente en zelden of nooit alcohol en geen TV. En maar thee drinken. ‘Dat gij nog leeft,’ herhaalde ze toen ze mij mijn derde roseetje zag inschenken, hier in eigen huis. Zij logeerde in de logeerkamer. Lakens verschoond en zo. Ja ik niet, Wolga had dat gedaan. “Maar ik slaap wèl slecht,” zei ik tegen haar als  verontschuldiging dat ik nog leefde. ‘En ik eet ook pillen tegen de hoge bloeddruk.’ Maar ik schilder nog veel en ga iedere dag met de hond wandelen. ‘Dat is uw redding,’ zei ze. ‘Dat gij ’s nachts niet slaapt komt door uwen lever. Eerst valt gij in slaap en rond twee uur wordt gij wakker want dan gaat uwen lever ontgiften. Uw lichaam vrijmaken van afvalstoffen en dat heeft bij u nog heel wat om het lijf.’ Oei dacht ik, zit het zo? Het was ’s avonds dat ze dat zei. We hadden heerlijk gegeten en zij had bij wijze van attentie naar mij toe, een La Trappe bier genomen. Heb ik in huis. Drink ik zelf niet. Ze had hem trouwens verbazend vlug op. Ze wilde eigenlijk rond 9 uur naar bed. Dat begreep ik, het was een vermoeiende dag voor haar geweest. Maar dat van die lever zat me niet lekker. Ik had ooit van Georgette (van André, mijn Franse kennissen) gehoord dat sauge, salie dus, zo goed is voor de lever. Ik moest zorgen dat ik die in de tuin had. En die heb ik ook al jaren in de tuin staan. Wacht, dacht ik, ik pluk een paar blaadjes salie en ondersteun mijn trouwe levertje vannacht daarmee. Stella, zo heet mijn vriendin, was al naar bed. Mooi, ik pakte een zaklamp en liep naar buiten. Het regende. Ik scheen precies op de salie want ik wist waar hij stond. Ik plukte 3 flinke blaadjes. Maar hoe moest ik die nu opeten? Georgette snippert ze over het vlees. Maar ik had nog blokjes kaas van de Plus en draaide 3 stukjes in ieder een blaadje salie. Die at ik zo rauw op. En toen nog wat gehangen en geprutst en ook maar naar bed. Niet echt goed geslapen trouwens. Na een goed ontbijt de volgende morgen wilde Stella nog een mooie wandeling over de hei maken. Ik reed naar De Berg in Budel en ze maakte maar foto’s. “Zo schoon als het hier is,” zei ze. “Ja hè, heel wat anders dan die slome zee daar bij jullie,” zei ik. Maar ik begon hem te knijpen want ik moest vreselijk naar de WC. ‘Kom, Stella,’ zei ik, “we gaan terug, ik moet naar de WC.” “Maar dat kunt ge hier toch doen. Achter een bosje, ik ga wel op de uitkijk staan.’ Ze had een knalrode regenjas aan. “Nee, ik hoef niet alleen te plassen, ook iets anders.” “Ah, ge moet een kakske doen,” zei ze, “maar dat kan  hier toch ook.” En ze bood mij gul een heel pakje papieren zakdoekjes aan. Toen vertelde ik haar dat ik gisteravond nog drie salieblaadjes had opgegeten. Oei, zei ze, dat moogt ge niet doen. Daar moet ge thee mee zetten. Dat is veel te sterk zo. Geen wonder dat gij….”. En ze begon te lachen bij het zien van mijn benauwde gezicht. Meer vertel ik niet…. De hei is groot.

Reageren? Graag! Dat kan via guus.van.winkel@pandora.be