CRANENDONCK – Het is deze zomer ruim een jaar geleden dat de eerste Oekraïense vluchtelingen hun intrek namen in de voormalige openbare bibliotheek aan de Rubenslaan in Budel. De opvang was en is een uitdagende klus voor de gemeente Cranendonck, zeker nu de strijd in Oekraïne blijft voortduren. Daardoor blijven het – ook voor de vluchtelingen – onzekere tijden.
Door Roy de Leijer
Na de Russische inval op 24 februari 2022 kwam er veel op gemeenten in ons land af. In allerijl werd in de gemeente Cranendonck een team van ambtenaren geformeerd om de opvang van Oekraïense vluchtelingen in goede banen te leiden.
Er moest van alles worden geregeld. Vluchtelingen moesten een BSN-nummer krijgen en worden ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP). “Verder moesten er bankrekeningen worden geregeld, werk, onderwijs voor de kinderen en zorg, zoals een bezoek aan de tandarts en huisarts. We hebben in die periode veel geleerd over wat nodig is om mensen goed op te vangen, zoals briefgeld om de eerste dagen goed door te komen en pakketjes met praktische informatie”, vertelt gemeentelijk projectleider en locatiemanager Indra Deckers.
Naast de opvang aan de Rubenslaan werden er Oekraïense vluchtelingen ondergebracht bij gastgezinnen. Deckers: “Ook nu is er sprake van een puzzel. Het is bijvoorbeeld nog niet duidelijk hoe de gezinssamenstelling gaat zijn van de nieuwe groep vluchtelingen uit Oekraïne die we binnenkort verwelkomen. Om hoeveel schoolgaande kinderen het bijvoorbeeld gaat en hoeveel aparte vertrekken ingericht moeten worden.”
Op dit moment verblijven er 26 vluchtelingen – 13 volwassenen en 13 kinderen – tijdelijk in de voormalige bibliotheek aan de Rubenslaan in Budel. Verder zijn tien Oekraïners ondergebracht bij in totaal zes gastgezinnen. De meerderheid van de vluchtelingen zijn kinderen en alleenstaande vrouwen, waarvan de mannen zijn achtergebleven in Oekraïne.
De vluchtelingen die vorig jaar zomer hun intrek namen in de voormalige bieb wonen er een jaar later nog bijna allemaal. Een enkeling is verhuisd naar een andere opvanglocatie waar ook familie verblijft. Deckers: “De situatie in Oekraïne is nog steeds erg onzeker. En niemand weet wat de toekomst gaat brengen. De mensen die hier verblijven zitten in een moeilijke situatie. Soms laten ze heftige foto’s zien. Ze kunnen bijvoorbeeld niet terug omdat hun huis is platgebombardeerd of omdat ze wonen in een door Rusland bezet gebied.”
De voormalige bieb heeft met hulp van lokale ondernemers een flinke verbouwing ondergaan. Medewerkers van de gemeente en vrijwilligers hielpen bij het inrichten, dat grotendeels gebeurde met tweedehands spulletjes. Ook toonden inwoners zich begaan met de Oekraïners door bijvoorbeeld speelgoed en beddengoed in te zamelen.
“Deze opvang is heel kleinschalig. De lijntjes zijn daardoor kort. Er heerst een huiselijk sfeer”, vertelt medewerker Hamid Bouzka. Deckers vult aan: “Daardoor is het gemakkelijk om een band met mensen op te bouwen.”
De helft van de volwassen bewoners heeft werk en de kinderen hebben het afgelopen schooljaar nieuwkomersonderwijs gevolgd. In hun vrije tijd kunnen ze onder meer gaan fitnessen, karatelessen volgen of deelnemen aan andere activiteiten. Dat is belangrijk, merkt Bouzka: “Het zorgt voor verbinding.”
De Oekraïense Nataly verblijft sinds eind vorig jaar met haar kinderen in de voormalige bieb. In juni 2022 vluchtte ze naar Nederland. Haar woonplaats Chmelnytsky, een stad in het westen van Oekraïne, wordt regelmatig met raketten onder vuur genomen. Voordat ze naar de gemeentelijk opvanglocatie kwam, woonde ze bij een gastgezin. “We zijn heel dankbaar dat we hier in Budel te gast mogen zijn. De mensen bieden ons veel steun”, vertelt Nataly, die graag iets terug zou willen doen voor de gastvrijheid die ze ervaart.
“We hebben hier een veilig gevoel. Van buren hebben we speelgoed gekregen. Wel is het moeilijk om de Nederlandse taal te leren, maar we beginnen het een beetje te begrijpen”, vertelt Olena. Ze is met haar kinderen uit Berdjansk, een belangrijk havenstad in de zuidelijke regio Zaporizja naar Nederland gevlucht. Ze waren een jaar geleden een van de eerste bewoners van de Budelse opvang. Olena: “Berdjansk ligt een heel stuk van de frontlinie, maar is bezet door de Russen.” “Het is een belangrijke havenstad”, zegt haar zoontje Nestor, die soms als tolk fungeert. Hij spreekt al een heel aardig woordje Nederlands. Na de zomervakantie verruilt hij het nieuwkomersonderwijs voor het reguliere onderwijs. Dan gaat hij in Budel naar de brugklas.
De gemeente wil na de zomer nog 75 tijdelijke opvangplekken in gebruik nemen bij De Schulp in Budel en landgoed De Baronie in Soerendonk. Dit om de opvangmogelijkheden in de Veiligheidsregio Zuidoost-Brabant te versterken. Vanaf medio september moeten hiervoor 12 woonunits, 1 algemene unit en 1 reserve unit op de voormalige locatie van sporthal De Schulp in Budel in gereedheid zijn gebracht. In een later stadium is het de bedoeling dat er ook vluchtelingen worden opgevangen in het voormalige gemeentehuis in Soerendonk. De opvangplekken gelden voor de duur van maximaal twee jaar, met de optie tot een jaar verlenging. Naast Oekraïners is er ook ruimte voor spoedzoekers, waaronder studenten, starters, alleenstaanden en statushouders.
Deckers: “Wij zijn op dit moment heel druk bezig om het terrein van De Schulp operationeel te krijgen. We zijn nu onder meer aan het bekijken welke activiteiten we voor de nieuwe locaties kunnen ontwikkelen. Daarbij willen we ook de samenwerking met de omliggende wijken opzoeken.”
Voor alle locaties worden er nog vrijwilligers gezocht. Deckers: “Iedereen die het leuk vindt om een steentje bij te dragen is welkom. We zijn vooral op zoek naar taalmaatjes, mensen die de bewoners van de opvanglocaties de Engelse en Nederlandse taal willen leren.” “Ook sport- en spelmateriaal is welkom”, vult Bouzka aan.

Foto Jos Meusen