60 jaar kerk Achel-statie

ACHEL-STATIE – In het begin van de jaren 1800 ontstond er ten noorden van Achel een heidegebied, genaamd Heikant. Men sprak van de buiten- en binnenheide. Hier werden enkele kleine boerderijen gebouwd. Omstreeks 1850 zijn er reeds de volgende gebouwen: De Achelse kluis, Laathoeve, de oude hoeve, het station en ’t Mulke.

Op 15 juli 1866 stopte de eerste stoomtrein in het station van Achel. De trein zou blijven rijden tot 1953 met reizigers en 1960 met goederenvervoer. Door deze activiteit rondom het station ontstond er een nieuwe wijk, verschillende handelspanden en hotels en groeide de bevolking stelselmatig aan.

Vanaf 1965 begon de inwijking vanuit Nederland waardoor er een heterogene bevolking werd samengesteld: de oorspronkelijke statie-bewoners met hun nakomelingen, de inwijkelingen van Achel-dorp en de jonge en oudere Nederlandse gezinnen in de villawijk. Omstreeks 1913 werd er een eerste verzoek ingediend door stationschef Walraedt om een kapel te mogen bouwen in Achel-statie. Hiervoor werd geld vrijgemaakt door het bisdom Luik, maar 1 jaar later begon WO I en moest het geld voor andere dingen gebruikt worden.

In 1930 volgde er een tweede comité welk ook stappen ondernam om een kapel te bouwen, maar WOII dwarse hun plannen. In 1945 werd een derde comité opgericht welke met behulp van het gemeentebestuur een geldinzameling organiseerde om opnieuw een poging te doen om een kapel te bouwen. Uiteindelijk ging het vierde comité naar de bisschop. Daar kregen ze het volgende antwoord:  “Zorgen jullie voor het kooitje dan zorg ik voor het vogeltje”. Door de aangroei van de bevolking werden de plannen van kapel omgesmeed naar een kerk. Als er dan een kerk komt moet er ook een parochie komen. En zo geschiedde. Op 12 december 1949 werd beslist dat er een kerk zou komen onder bevoegdheid van de kruisheren. 

Op 17 december 1949 werd door MGR. Ludovicus Kerkhofs, bisschop van Luik de wijk  Achel-statie verheven tot parochie “Heilige Kruisvinding”. In afwachting van het verzamelen van de nodige gelden werden de quarantainestallen aangekocht voor 

15 000 Belgische frank door het gemeentebestuur.

Op zondag 29 oktober 1950 werd deze noodkerk ingezegend met grote feestelijkheden. 

Op 12 november 1950 werd E.H. Louis Nollet aangesteld als eerste pastoor van deze nieuwe parochie door deken Hendrickx van Hamont. Het eerste doopsel vond plaats op 29 oktober 1950, de eerste begrafenis op 30 december 1951. De bouw van de nieuwe kerk kende  een moeizaam verloop en dat gedurende ruim 10 jaar.

Het opmaken van bouwplannen, bestekken, ramingen, enz  werden opgemaakt door architect Ritzen en het kerkbestuur en dit voor een bedrag van ongeveer 3.5 miljoen BFr. Maar de werkelijke prijs zou veel hoger liggen waardoor er een herziening van de financiële toestand moest komen. Dit sleepte enkele jaren aan tot Confrater Huygens de nieuwe priester Stelten enkele tips bezorgd had om toch een kerk te kunnen bouwen voor 3 miljoen BFr . Architect Daniêls uit Maaseik is immers bezig met de bouw van verschillende kerken en hierdoor werd de samenwerken met architect Ritzen opgezegd.

En zo geschiedde, op een buitengewone vergadering van de kerkfabriek werd op zondag 22 november 1959 besloten over te gaan tot het bouwen van een nieuwe kerk. Hiervoor werd aannemer Jozef Stevens aangesteld tot het metsen van de ruwbouw.

Op zondag 23 september 1962 werd de eerste steen gelegd door de geestelijkheid en een afvaardiging van het gemeentebestuur. Deze steen is nog steeds te zien in de kerk aan de zuidelijke ingang.

De kerk werd onder stuwkracht van pastoor Huygens opgericht en ingezegend op 23 juni 1963 en uiteindelijk werd de officiële kerkwijding gepland op 24 augustus 1963. Deze datum is een onuitwisbare dag in de geschiedenis van Achel-statie. In de kerk werd de eerste mis opgedragen door Mgr; Heusschens  met medewerking van tal van geestelijken uit Achel, vanuit de Achelse kluis en de Kruisheren. Ook was er een afvaardiging vanuit de provincie en de gemeentelijke overheid en natuurlijk alle parochianen en sympathisanten.

Het kerkgebouw is een sobere maar erg functioneel blokvormig gebouw geworden ontworpen door architect Daniëls uit Maaseik. De paters kruisheren hadden in Maaseik een school en klooster, hetgeen de keuze van de architect bepaalde. De kerk heeft niks met traditionele stijlen te maken maar is een moderne zaalkerk die beantwoordt aan de nieuwe toenmalige liturgie van het tweede Vaticaans concilie van begin jaren 1960. Deze kerk vertoont veel gelijkenissen met de kerk op de wereldtentoonstelling van 1950 in Brussel.

In de 22 meter hoge klokkentoren hangen 3 klokken. De Angelusklok, de Odiliaklok en de Heilige kruisklok.  Ze hebben alle 3 een peter en meter die door lottrekking werden gekozen uit parochianen van Achel-statie, dit in tegenstelling met ander parochies waar de rijken, sponsors, het peter en meterschap kochten. Ook anders dan in de meeste Christelijke kerken is dat er op de toren geen haan staat, maar het kruisherenkruis.

De glasramen zijn ontworpen door Daan Wildschut, een Nederlandse kunstenaar. Ook hij werkte mee aan de wereldtentoonstelling in 1958.

Het hoofdaltaar is gemaakt uit één stuk Franse steen door de Nederlandse edelsmid-beeldhouwer Harry Van den Thilart. Ook het sacramentsaltaar, het kruis, de kandelaars, het doopvont, het evangelieambo, de gong en slaghamer en de verschillende kandelaars zijn van zijn hand. De kruisweg bestaat uit de 14 staties en zijn ontworpen door Franssen in houtsnede druk. In de zijmuren van het kerkschip en koor zijn twaalf kruisheren kruisjes ingemetseld als symbool voor de twaalf apostelen.

Het orgel “opus 15” werd ontworpen en gebouwd in opdracht van pastoor Huygens door orgelbouwer Arie Verderduyn. Dit was na 35 jaren dienst versleten maar is nog zichtbaar op het hoog zaal. In 1998 werd het vervangen door een digitaal orgel geplaatst door Jan Knevels uit Neerpelt voor de kostprijs van 735 000 Bfr.

Bibliografie : 

Achel-statie in woord en beeld Harrie Stienaers, Heemkundige kring Achel, Kerkfabriek Achel-statie